Kolencentrales en CCS

Download een knipsel van Financieel Dagblad jan 2017 Kolencentrales alleen met CCS11012017

Kolencentrales en CCS

Hans Schoenmakers, Director Corporate Affairs Uniper Benelux (het vroegere Eon), gaat akkoord met mijn inschatting dat spoedige en voortvarende toepassing van CCS een noodzakelijke voorwaarde is om in Nederland kolencentrales te mogen blijven exploiteren (FD 10 januari). Maar hij suggereert dat er een wezenlijk verschil zou zijn tussen de verleende vergunningen en latere politieke uitspraken. Welnu, in de milieuvergunning van RWE lees ik bijvoorbeeld:

“De grote hoeveelheid CO2 die echter vrijkomt bij de energieproductie met fossiele brandstoffen, waaronder steenkool, moet daarentegen wél verantwoordelijk worden gehouden voor een deel van de opwarming van de aarde/klimaatveranderingen. Dit heeft geleid tot een aantal beleidsontwikkelingen, waarbij de Europese ambitie en die van de rijksoverheid is om vanaf 2020 bij kolencentrales CO2-afvang en -opslag (CCS) te verplichten en nieuwe kolencentrales vanaf 2010 “CO2 capture ready” op te leveren.”

De latere uitspraken van de verantwoordelijke bewindslieden zijn consistent met de verleende vergunningen. We constateren  echter dat in de nieuwe kolencentrales nog steeds geen noemenswaardige voorbereidingen voor CCS worden getroffen. Dat lijkt mij niet in het belang van hun voortbestaan.

 

Evert du Marchie van Voorthuysen, Haren.

 

 

Geplaatst in Financieel Dagblad 7 januari 2017

Kolencentrales alleen met CCS

Jannes Verwer (voormalig regionaal directeur van E.ON) verwijt de politiek wispelturig gedrag  en gebrek aan gezond verstand omdat zij alle kolencentrales wil sluiten (FD 4 januari). Het is echter niet de politiek, maar het zijn de energiebedrijven zelf die de problemen hebben veroorzaakt.

De belangrijkste vergunningen zijn in 2007 en 2008 gegeven aan drie energiebedrijven onder de uitdrukkelijke voorwaarde dat de CO2-uitstoot per geleverde kilowattuur binnen redelijke tijd zou worden verminderd door middel van CCS (afvangen en bergen van kooldioxide). Deze voorwaarde blijkt uit vele uitspraken van de toenmalige minister van milieu, Jacqueline Cramer en uit de aanname van de motie Vendrik uit 2009.  Alle betrokken energiebedrijven hebben ingestemd met deze voorwaarden en toentertijd gedetailleerde plannen bekend gemaakt voor de geleidelijke invoer van CCS ruim voor 2020.

 

Van deze plannen is niets gerealiseerd, en de politiek heeft haar geduld met de energiebedrijven dan ook terecht verloren. Alleen als er binnenkort ambitieuze en geloofwaardige CCS-plannen worden gepresenteerd maken de kolencentrales misschien nog een kans.

 

Evert du Marchie van Voorthuysen,  Haren.